Ik ontwaak in het adagio van de ochtend
in het ritme van klaprozen,
in een verloren droom.
Vandaag ben ik tot veel in staat.
Het vuur brandt de damp in mijn ogen.
En in de spiegels van mijn wensen
ademt de wereld mijn evenbeeld.
Schilderijen en Tekeningen
Ik ontwaak in het adagio van de ochtend
in het ritme van klaprozen,
in een verloren droom.
Vandaag ben ik tot veel in staat.
Het vuur brandt de damp in mijn ogen.
En in de spiegels van mijn wensen
ademt de wereld mijn evenbeeld.
Vaarwel aanblik, grauwe regen tuin,
huizen, grachten en bronstig leven.
De tijd heelt, verzuurt, slaat wonden
en vereert wie scheppingskracht geniet.
Ik dool de paden langs de weg en daar,
trek plooien in de natte lucht
waarin ik me gebonden zie
waaraan ik me voed en waar
dat ene moment ” Ik”
herleeft in het denken aan nu.
Quasi spontaan bewegen mijn handen
vormen ontstaan, vormen een vraag
ogenschijnlijk betekenisloos, droom,
daad en verbeelde emotie, concept
dat vorm zoekt en zin,
aan de dag van gisteren.
Ik, egocentrum van bestaan
verloren in de cirkel evolutie
reik niet buiten mezelf
ben geen deelgenoot
aan de strijd van gisteren.
Witte nevelvelden
bewegen meer parig liniair
ik drijf op zand en schrijf
letters op mijn hand
die ik door het raam
naar buiten steek.
Ik reis en schrijf
woorden in het zand
in witte nevelvelden
Drijvend schrijft mijn hand, kringen in het water.
Denkend ploegt mijn hoofd, walnoot sporen.
Woorden worden zo vaak glad gestreken
in het mulle zand en spraak begraven.
Ik beleef en herschrijf de woorden,
stamel de betekenis en duisternis
en ga onder in avond schemering.
In mijn verborgen zwijgen slapen
de witte draden van mijn ziel,
windstille innerlijke drang.
Ik overpeins de luwte
als de wereld mijn adem eist.
Wolken de zee uitnodigen
in een woordeloos schouwen
van een gebonden contact.
Ik zwijg voorlopig, ik kijk.